Koortsdroom
ik liep iets op tijdens het scrollen
het achtervolgt me in mijn slaap
had ik maar niet zo lang
in de slecht geventileerde echokamers
van mijn sociale netwerk moeten vertoeven
ik hijg en heb verhoging
een behaarde homeopate zit mij op de hielen
ze wil mij graag verdunnen
ik struikel over een uitroepteken
dat een rebel heeft laten slingeren
hij pleit voor een vrijplaats
waar ook de spellingsregels niet gelden
het binnen zittende acteurskoppel
repeteert hun tekst in de arena
‘de messias wordt gemuilkorfd’
en wordt daarna gevierendeeld
de gevoelige anarchist verstuikt zijn vinger
op het meelevende toetsenbord
‘Het virus is goedaardig’
alzo begint zijn sprookje
een schreeuwerige schrijver modereert
probeert zijn stem niet te verheffen
slaat de knikkende columniste
- zegt sorry- en kalmeert
de minzame analist schijnt met een lamp in mijn gezicht
hij waarschuwt me voor massavorming
hij heeft 12 broers en zussen
hij weet waarvan hij spreekt
Ik zet het op een lopen
steek twee vingers in mijn neus
gewoon omdat het kan
en ik mijn mondkapje vergat
de homeopate zwaait me uit
ze knabbelt op een bijsluiter
en stikt een lappendeken
met de truien van een viroloog
ik hijg en heb verhoging
duik in een konijnenhol
burgers schaatsen tussen schapen
op het inmiddels bevroren draagvlak
ze hebben heimwee naar gezichten
en mond-op-mondbeademing met wildvreemden
ik glijd over de curve
ze gaat nu op en neer
ze maakt ook mooie lussen
en gaat zelfs eens overkop
ik rust uit op een plateau
rebellen plegen er hun vadermoord
op een uitgedroogde expert
ze voederen hem paprikachips en likken aan zijn glas
ik hijg en heb verhoging
niemand komt te hulp
een zorgverlener zwaait vanuit zijn ruimteschip
samen met collega’s
ze zijn onderweg naar een parallel universum
waar ook de mazelen vrij circuleren
het is er heel gezellig
er is pina collada, met kaasjes en rubella
ik vlucht een kamer in
er lekken cijfers uit het plafond
Welkom in de verzorgingsstaat!
staat op het bordje aan de deur
hier kan ik rustig slapen ik strompel en zijg neer
van het lopen moe geveld
val ik in slaap op het sluitingsgeld
van een kapot geknipte kapper
ik slaap er het jaar rond
word wakker van de lentezon
en de geur van versgebakken brood
de buurvrouw doet een teken
Kom kom kom kom!